Verhalen verzinnen die totáál niet waar zijn of niet kloppen: alle kinderen liegen weleens. En daar is niets mis mee, zegt kinderpsychiater Michael Brody. Maar waarom kinderen liegen heeft verschillende redenen.
“Hele jonge kinderen hebben nog geen idee wat het verschil is tussen waarheid en fictie.” Soms kan het zelfs zo zijn dat het liegen juist een goed teken is. “Kleuters met hogere IQ-scores hebben meer kans om te gaan liegen”, legt Angela Crossman, professor in de psychologie aan het John Jay College of Criminal Justice in New York, uit. Daarnaast wordt liegen op jonge leeftijd gelinkt aan goede sociale vaardigheden als volwassene.
Daar staat tegenover dat het liegen van je kind niet iets is dat je moet toejuichen. Er zijn verschillende gradaties in het liegen én verschillende leeftijden waarop kinderen moeten leren wat wel of niet kan als het om liegen gaat. Doordat jij dan weet wat op welke leeftijd ‘normaal’ is, kun je je kind langzaamaan begeleiden naar het juiste niveau.
Peuters
Als je twee peuters bij elkaar zet waarvan één een vieze luier heeft, probeer je te ontdekken wie het is. Als je het aan de kinderen vraagt, zullen ze vaak naar elkaar wijzen. “Ze willen het gedoe van het verschonen van een vieze luier niet ondergaan”, vertelt een vader van een tweeling. “En dus liegen ze erover.”
Die leugentjes om eigen bestwil zijn de eerste leugens waar een peuter mee experimenteert. Iedere moeder zal het wel herkennen: een peuter – van twee of drie jaar – die in alle toonaarden ontkent dat hij iets heeft uitgespookt. Het heeft dan ook weinig zin om een peuter te straffen voor zijn gelieg, simpelweg omdat hij nog niet doorheeft dat hij iets verkeerd doet. “Als een tweejarige aan de staart van de kat trekt en daarbij zegt dat zijn denkbeeldige vriendje het deed, dan kun je beste zeggen: ‘De kat heeft óók gevoelens’”, vertelt Elizabeth Berger, kinderpsychiater en auteur van het boek Raising Kids With Character. “Laat jezelf niet terecht komen in een ruzie met je kind om hem te laten toegeven dat hij het heeft gedaan.
Volgens Brody kun je op zo’n moment beter zeggen: ‘Kijk, de vaas is gebroken’, in plaats van: ‘Heb jij de vaas gebroken?!’. “Een boze beschuldiging vraagt erom om met een leugen beantwoordt te worden.”
Kleuters
De leeftijd van drie tot vijf jaar oud is de typische leeftijd dat kinderen praten over onzichtbare en verzonnen vriendjes, monsters en pratende regenbogen. De leugens die kinderen vertellen kunnen gewoon puur om het spelen zijn, maar soms gaat het ook om iets wat een kind heel graag wilt (een onzichtbaar vriendje kan een de wens voor een echt vriendje zijn of voor bijvoorbeeld een broertje of zusje). Het is ook niet raar dat kinderen volhouden dat hun fantasiewereld echt is. “Het is niet echt een leugen”, legt Berger uit. “Het is zijn levendige fantasiewereld en zijn denkbeeldige vriendjes zijn belangrijk voor je kind.”
Als je je zorgen maakt over een bepaald verzonnen verhaal van je kind, is het belangrijk om de dingen in perspectief te blijven zien. “Als een kind gelukkig lijkt en ook écht relaties heeft met de belangrijke mensen in zijn leven, zou ik mij geen zorgen maken over zijn fantasiewereld”, zegt Berger. “Dát is juist wat kinderen deden voordat er tv was.” Daarnaast verwerken kinderen bepaalde gebeurtenissen anders dan volwassenen. Voor volwassenen lijkt zo’n fantasieverhaal misschien vreemd, maar voor het kind is het een verwerking van gebeurtenissen of indrukken.
Schoolkinderen
Op de leeftijd dat kinderen naar de basisschool gaan, komt het weleens voor dat een kind de schuld op zich neemt. Dát een kind dit voor een ander kind doet, is een signaal van een belangrijke ontwikkelingsstap: het vermogen om een onbaatzuchtige leugen te vertellen – één die iemand anders ten goede komt. “Het is laat eigenlijk sociaal bewustzijn en gevoeligheid zien”, zegt Crossman.
Maar 5 tot 8-jarigen kun ook best leugens vertellen die niet zó onbaatzuchtig zijn. Op deze leeftijd vertellen kinderen leugens vanwege allerlei redenen. Ze zijn bijvoorbeeld bang dat hun ouders anders teleurgesteld zijn, ze straf zullen krijgen of omdat ze te veel werk op hun bordje krijgen. Stel, je kind heeft moeite met wiskunde. Als je vraagt naar zijn wiskundehuiswerk, zal je kind misschien wel zeggen dat hij geen huiswerk heeft, juist vanwege de moeite die je kind ermee heeft. Vóórdat je je kind sancties opgelegd, is het beter om te vragen naar zijn beweegredenen.
Tegen de puberteit aan
Op de leeftijd van ongeveer negen jaar, krijgen kinderen steeds meer vat op het verschil tussen waarheid en fictie. Maar dat betekent wel dat er daardoor een soort ‘grijs gebied’ ontstaat. Soms snappen kinderen precies wat nou fictie is en wat niet, maar soms dus ook helemaal niet.
Datzelfde grijze gebied omsluit de mate waarin je kind iets over zijn ‘privéleven’ met je deelt. Vertelde je kind eerst alles wat hij meemaakte op een dag tot in detail, nu wordt dat steeds minder. En dat betekent niet dat je kind opeens allerlei sneaky dingen uitspookt, maar dat hij steeds meer opgroeit. “Kinderen die álles aan hun ouders vertellen op de leeftijd van dertien of veertien worden niet volwassen”, legt Brody uit.
Toch kunnen kinderen die langzaamaan volwassen worden én dus ook meer verantwoordelijkheid krijgen, daar soms ook gebruik van maken. Liegen over huiswerk, klusjes in huis of tandenpoetsen is dan ook niet ongewoon als je kind tegen de puberteit aanzit. Op zo’n moment is het vaak het beste om simpelweg je ongenoegen te uiten. Blijft je kind cónstant liegen, dan is het slim om erachter te komen waardoor dit komt. “Kinderen die angstig zijn of het gevoel hebben de ze een situatie niet de baas zijn, kunnen liegen”, legt Berger uit. “Het kan een teken zijn van verschillende soorten stress.”
Maar wat is dan de beste manier om je bijna-puber de juiste richting op te sturen? Ten eerste is het belangrijk om zélf het goede voorbeeld te stellen. Je kind spiegelt zich aan jouw gedrag. Ten tweede is het van belang dat met je kind blijft praten. Leg uit wat de schade kan zijn van (frequent) liegen: het kan de geloofwaardigheid én relaties van je kind beschadigen. “Het is het soort les dat niet méteen z’n weg vindt bij je kind”, zegt Crossman. Maar ja, welk kind luistert wél meteen en doet wat je zegt? Blijf met elkaar praten en uiteindelijk zal je kind uitgroeien tot een eerlijke en evenwichtige volwassene.
Bron: JM ouders en Parenting.com
Lees ook: