Niemand slaapt in één ruk door, leert prof. dr. Karen Spruyt (zie kader) ons meteen. ‘Het gaat altijd in fases en er is een afwisseling van diepe slaap en actieve slaap. Bij kinderen kun je dat verschil trouwens observeren: een slapende baby die glimlacht, fronst, zucht of andere geluidjes maakt, is bezig aan zijn actieve slaap. Maakt hij trekkende lichaamsbewegingen of ritmische mondbewegingen, dan is hij in een diepe slaap. Hoe de slaap precies is opgebouwd noemen specialisten de slaaparchitectuur” . Tijdens ons leven verandert die architectuur en de grootste veranderingen vinden plaats tijdens de eerste twee levensjaren: Dat kennen we allemaal. zegt Spruyt. ‘Bij kinderen verschuift het slapen in kleine stukjes en brokjes op een natuurlijke manier naar ononderbroken slaap tijdens de nacht. De slaapbehoefte vermindert en de wakkere tijd neemt geleidelijk toe. Dutjes verdwijnen langzamerhand en bedtijd verschuift naar een later tijdstip. De gemiddelde slaapbehoefte bij een pasgeboren baby is 16 à 18 uur; terwijl een kind van twee jaar gemiddeld nog maar 13 uur slaap nodig heeft.’
Zoveel meer dan rust
Over slaapbehoefte en slaaphygiëne
‘Binnen het maatwerk is het goed om je aan een paar standaardregels te houden’, legt Spruyt daarbij uit. ‘Een goede slaapomgeving voelt veilig en geborgen en herinnert weinig of niet aan dagelijkse activiteit. Daarnaast is ook de overgang naar slaap belangrijk. Slapen op zich is biologisch en dus heel natuurlijk, maar slapengaan is een leerproces. Het zijn de “slaapvriendelijke” handelingen van volwassenen die – altijd in dezelfde volgorde – het kind daarbij helpen. Een slaapritueel maakt duidelijk dat het tijd is om de dag (of een stukje van de dag) af te ronden en te slapen. De overgang maken van wakker zijn naar slapen, dat is de functie van het bed ritueel. Het helpt kinderen goed en onderzoekers raden aan om hiermee te starten tussen 3 en 6 maanden. Op jonge leeftijd hoeft een bed ritueel niet uitgebreid te zijn: het slaapzakje aantrekken bijvoorbeeld en een knuffel geven in bed kan volstaan.
Een paar nuttige weetjes….
Anders dan je vermoedt, worden kinderen vanaf 3 jaar niet minder vaak wakker dan daarvoor. Wel ‘signaleren’ ze het minder; ze vallen zelf terug in slaap zonder dat ze daarvoor een volwassene nodig hebben.
Tijdens een dutje slapen peuters lichter dan tijdens de nacht. Een dutje dat later in de middag valt, zou meer diepe slaap bevatten. Dat kan verklaren waarom een kind na een laat middagdutje de volgende nacht ineens minder slaapt. Toch blijft dutten belangrijk: een uitgerust kind ontwikkelt beter en slaapt ook beter.
Tijdens de actieve slaap (of REM-slaap) zijn onze hersenen, ogen, ademhaling en hartslag ontzettend actief. Jonge kinderen hebben in verhouding veel meer actieve slaap dan volwassenen. Dit aandeel in de slaap neemt af met de leeftijd. Bij een baby tot 9 maanden is de helft van het slapen actieve slaap, tussen 9 en 12 maanden duurt deze actieve slaap een derde van de slaaptijd, tussen 2 en 5 jaar zakt dit naar een vierde tot een vijfde van de totale slaapduur.
De actieve slaap is ook de slaapfase waarin we dromen. Er is nog weinig onderzoek gedaan naar dromen bij kinderen. Uit de beschikbare resultaten blijkt dat dromen van jonge kinderen vaak fantasierijk zijn en over dieren gaan. Onderzoek toont aan dat die dromen in essentie meestal gaan over relaties en hoe iemand zich beweegt in zijn sociale context.