Doen Waar Je Goed In Bent!

Er zijn kinderen die opvallend goed zijn in zingen, judo, tekenen, schaken of vreemde talen. Er zijn er ook die nergens in uitblinken. Geen talent? “nee”, zegt pedagoog en adviseur Luk Dewulf, “ieder kind heeft talenten. Maar je moet ze wel herkennen en kunnen gebruiken.

Talent is meer dan een activiteit. Het is namelijk een natuurlijke aanleg voor iets, een aangeboren kwaliteit waardoor je een bepaalde activiteit goed kunt. En zulke talenten hebben we allemaal. Is je kind goed in voetbal? Dan kan hij talent hebben voor samenwerken of spelinzicht. Dit wordt zichtbaar in zijn gedrag tijdens het voetballen.” Daarom maakt Luk Dewulf in zijn boek “Ik kies voor mijn talent” onderscheid tussen ’talent’ en ’talent in actie’. Want niet iedereen slaagt erin – of wordt gestimuleerd – zich zo te gedragen dat zijn talenten opvallen. Gebruik je je talent niet (je talent is niet ‘in actie’), dan komt het ook niet bovendrijven.

Dat waarvoor we een natuurlijke aanleg hebben gaat ons moeiteloos af. Je bent zelf de laatste die het als talent herkent. Kinderen helemaal. Daarom is het belangrijk dat iemand anders ze daarop alert maakt. Volgens Els Pronk, specialist in talentontwikkeling bij kinderen (grootsklein.nl), is een oprecht compliment vaak al genoeg: “Kijk daarbij ook naar de minder voor de hand liggende talenten als oog voor detail en durven doorvragen. Een kind ontdekt zo tot zijn verbazing dat hij wel 20 talenten heeft!” Wordt talent herkend, dan is het makkelijker om een geschikt milieu te vinden waarin het verder kan groeien. Neem een kind dat met weinig plezier op voetbal zit. Teamspel of spelinzicht is niet zijn sterke kant, maar hij kan wel bijzonder snel lopen. Dan is atletiek wellicht een betere omgeving voor zijn talent. Een observerende trainer zal dat opmerken en je kind adviseren om zich op hardlopen toe te leggen. Daar zal je kind meer en sneller positieve resultaten boeken en komt zijn talent beter tot z’n recht. Talenten geven energie. Maar een kind moet toch ook dingen leren die het niet goed kan of niet graag doet? “Ja”, zegt Dewulf, “maar alleen als je je talent vaak genoeg kan inzetten zodat je voldoende energie krijgt om ook datgene te doen waarin je niet goed bent.” Het is niet het hebben van een talent maar het gebruiken ervan waar het om draait.

Regelmatig bezig kunnen zijn met je sterke kanten doet je goed. Je wordt er gelukkig en emotioneel sterker van en bouwt een reserve aan positieve gevoelens op. Dewulf legt uit: “Doen waar je goed in bent kost misschien fysieke energie, maar zorgt voor mentale energie. Het laadt je batterijen op. Doen waar je niet goed in bent kost veel energie en levert nauwelijks energie op. Je batterijen stromen leeg. Het geeft stress, maakt moedeloos en ziek. Daarom is de vraag ‘Wat doe ik graag?’ belangrijk bij je keuzes. Want in activiteiten die we graag doen, gebruiken we onze talenten.”

Ook wie zijn talenten dagelijks kan inzetten komt uitdagingen tegen. Valkuil is dat je je talent overdrijft waardoor het averechts werkt. Bijvoorbeeld – als je enthousiast en initiatiefrijk bent – je zin doordrijven. Of – als je het anderen graag naar de zin maakt – jezelf wegcijferen. Daarom moet je kind volgens Dewulf ook ‘hefboomvaardigheden’ aanleren, net zo belangrijk als het talent zelf: “Hefboomvaardigheden zorgen dat je meer uit je talent haalt en dat het je ook wat oplevert. Dus dat een kind met een talent voor leiding nemen, ook luistert naar zijn klasgenoten zodat je samen een goed werkstuk maakt. En dat’ iemand met een groot aanpassingsvermogen, ook voor eigen behoeften opkomt. Volwassenen hebben door hun levenservaring al veel van zulke vaardigheden ontwikkeld. Kinderen hebben de hulp van ouders, leerkrachten en andere opvoeders nodig om hun talenten goed te benutten. Zodat ze – als ze bijvoorbeeld heel secuur zijn – leren hoe ze op tijd hun werk afkrijgen. Of als ze heel meevoel end zijn, leren zichzelf soms af te schermen.

Weten wat je talenten zijn geeft zelfvertrouwen en helpt bij het maken van keuzes (sport, hobby, studie, werk … ) die bij je passen en je voldoening geven. Help uw kind zijn talenten te ontdekken en gebruiken met dit stappenplan.

Stap 1. Wat doet uw kind graag?
Denk na over momenten waarbij uw kind heel enthousiast is. Een sport, hobby, school- of speelsituatie waarin uw kind helemaal opgaat.

Stap 2. Gaat het om een talent?
Vink aan wat klopt bij die situatie of activiteit.

Uw kind:
* kijkt ernaar uit.
* geniet ervan.
* vindt het zelf best normaal dat het goed lukt.
* vindt dat de tijd voorbij vliegt.
* is achteraf moe, maar niet tijdens de activiteit.
* kan dit ook goed als het voor andere zaken te moe of gestrest is.
* voelt zich na afloop mentaal opgeladen.

6 of meer? Dit is een situatie waarin uw kind zijn talenten gebruikt.

Stap 3. Welk talent?
Welk gedrag laat uw kind zien in die situatie? Dat is een uiting van het ’talent in actie’. Voorbeeld: bij de situatie ‘voetballen’ is het gedrag (bemiddelen bij conflicten of enthousiasmeren van teamgenoten) een uiting van ‘leiderschap’.

Stap 4. Waar ziet u dit nog meer?
Check andere situaties (bij stap 2). Als deze sterke kant vaker opduikt heeft u een talent ontdekt. Voorbeeld: kinderen die bij voetbal sterk zijn in het bemiddelen bij conflicten zullen dit gedrag vaak ook in de klas en thuis in de omgang met broers en zussen of vrienden vertonen.

Stap 5. Laat het groeien
Geef dit talent de nodige aandacht:
• Kijk bij elke situatie of u het talent ziet.
• Benoem steeds het talent.
Creëer situaties waarin uw kind dit talent kan gebruiken.

Welke talenten en kwaliteiten heeft uw kind? Wat zijn typische familie-eigenschappen? Praat er samen over met ‘eigenschappenmemory’; Gratis te downloaden via www.ouders.net.

Lees ook ons artikel over ieder kind is uniek.